De groothandelsprijzen voor elektriciteit in Europa groeien de komende jaren steeds meer naar elkaar toe. Vanaf 2030 worden de verschillen kleiner. Dat blijkt uit onderzoek van adviesbureau AFRY, in opdracht van ondernemersorganisatie FME. Deze verwachte prijsconvergentie maakt elektrificatie van de Nederlandse industrie aantrekkelijker. Nederland kan dan profiteren van zijn sterkte fundamenten, zoals de windparken op zee en sterke verbindingen met buurlanden.
Nederland goed gepositioneerd
Volgens het rapport verdwijnen de prijsverschillen met landen als Spanje en Frankrijk de komende vijftien jaar grotendeels. Daardoor is Nederland zelfs iets aantrekkelijker voor investeringen dan Duitsland en België. “Dit rapport laat zien dat de prijsverschillen op termijn niet zodanig zijn dat energie-intensieve productie in landen als Spanje of Frankrijk veel voordeliger is dan in Nederland”, legt Mark Intven, Hoofd Klimaat, Energie, Innovatie en Duurzaamheid bij de VNCI uit. “Dat is gunstig voor onze concurrentiepositie maar het is dan wel van belang dat Nederland via heffingen niet alsnog uit de pas gaat lopen met andere landen. Dat vraagt om aanpassing van het nationale beleid.”
Meer dan groothandelsprijzen
Volgens FME zijn lagere groothandelsprijzen slechts een deel van het verhaal. Ook netwerkkosten en energiebelastingen moeten concurrerend zijn. Uit eerder onderzoek blijkt dat deze kosten in Nederland vaak hoger liggen, vooral door politieke keuzes. Volgens de onderzoekers biedt de huidige koers een positief perspectief in een tijd van grote duurzaamheidsinvesteringen. Nederland heeft sterke fundamenten voor een duurzame elektriciteitsmarkt. Windparken op zee en goede internationale verbindingen vormen een stevige basis om de industrie verder te verduurzamen en minder afhankelijk te maken van andere landen.
Meer weten? Lees dan hier de volledige publicatie van het AFRY-rapport over elektriciteitsprijzen.
Artikelen
We staan aan de vooravond van een enorme transitie. Lees alles over onze innovaties en oplossingen.